Deze blogpost is geschreven door: HolyCow
Strepen zijn in!
Uiteraard wil je een paard dat goed past bij een hip, gestreept interieur. Gelukkig bestaan deze! Wildkleurige oftewel dun kleurige paarden hebben een lange aalstreep van hals tot staart en donkere zebrastrepen op de benen.
Deze bijzondere kleur wordt veroorzaakt door een gen genaamd Dun. Dun zorgt ervoor dat de vacht van je paard wordt verdund, en dus lichter wordt. De benen en hoofd blijven donker, evenals de manen en staart. Wel komt het voor dat op de manen en staart licht tot wit gekleurde dekharen zitten, dit wordt ook wel ‘frosting’ genoemd. Naast de aalstreep en zebrastrepen op de benen, kunnen ook andere lichaamsdelen ‘primitive markings’ voorkomen. Zo kan op het voorhoofd donkere streepjes voorkomen, welke de haarrichting van het voorhoofd volgen, en zo een spinnenweb-achtige aftekening vormen. Dit wordt daarom ook wel ‘cobwebbing’ genoemd. Ook een donkere schouderstreep komt voor, al is dit in paarden zeldzamer en minder duidelijk dan in bijvoorbeeld ezels.
Wildkleur / Dun is eigenlijk de originele kleur van het paard. Kijk maar naar bijvoorbeeld Przewalski’s: Deze zijn vrijwel allemaal Dun / Wildkleur.
Dit paard heeft duidelijke primitive markings, inclusief ‘frosting’ bij de staartbasis, een duidelijke schouderstreep, en een zeer sterk geconcentreerde ‘cobwebbing’ waardoor deze presenteert als zwarte vlek. Bron: Amazona01, CC BY-SA 3.0, @ Wikimedia commons
Op het Dun-gen zijn er 3 verschillende allelen. Het belangrijkste is het Dun-allel, dat dus Wildkleur / Dun-kleur veroorzaakt zoals hierboven beschreven. Naast Dun heb je dus ook ‘niet dun’ allelen. De eerste ‘non-dun1’, ofwel nd1. Dit allel veroorzaakt donkere primitive markings die we ook bij wildkleurige paarden zien, echter wordt de rest van de vacht niet echt verdunt. Dit werd vroeger ook wel ‘Iberian Dun’ genoemd, omdat dit veel leek voor te komen in paardenrassen van Iberische afkomst, zoals de Andalusiër.
Daarnaast is er ook ‘non-dun2’, ofwel nd2. Dit is eigenlijk een paard zonder enige Wildkleur / Dun - kenmerken, en is wat wij kennen als ‘normaal’.
Het Dun-allel dominant over non-dun1 en non-dun2, is non-dun1 dominant over non-dun2, en is non-dun2 dus altijd recessief.
Op MH bestaat alleen ‘Dun’. Het non-dun2-allel is hier vervangen met ‘geen’ ofwel ‘n’. non-dun1 bestaat op MH niet.
De naamgeving van Dun is vrij simpel. ‘Dun’ kan achter elke vachtkleur worden gezet, of ‘Wildkleur’ voor elke vachtkleur. Echter kunnen bepaalde dunkleuren ook nog met een andere naam worden genoemd.
Voorbeelden zijn:
Bruin + Dun = Bruin Dun, dat ook wel Wildkleur bruin, Classic Dun, of simpelweg ‘Dun’ wordt genoemd. Bij fjorden heet dit ook wel Brunblakk.
Zwart + Dun = Zwart Dun, dat ook wel wildkleur zwart of grullo wordt genoemd. Bij fjorden heet dit ook wel Grå.
Vos + Dun = Vos Dun, wat ook Wildkleur vos of Red Dun wordt genoemd. Bij fjorden heet dit ook wel Rodblakk.
Dezelfde naamgeving geldt ook wanneer er naast Dun ook andere verdunningen zijn. Zo heb je Palomino Dun, wat ook wel Wildkleur Palomino, Dunalino wordt genoemd. Bij fjorden heet dit Gulblakk
Als je 100% kans wil hebben op Dun, dan kun je het beste fokken met een paard dat homozygoot is voor het Dun-allel. De andere ouder maakt niet veel uit, al is het handig als het geen schimmel is: Dan heb je namelijk kans dat je mooie dun-veulentje opgroeit als een schimmel-variant.
Je hebt gelukkig ook kans op Dun wanneer je met paarden fokt die heterozygoot zijn voor Dun. Het is alleen niet mogelijk om een Dun-kleurig paard te fokken uit twee ouders die geen Dun dragen. Dun is altijd zichtbaar, tenzij er een schimmel-variant overheen zit.
Enkele rassen waar dun regelmatig in voorkomt zijn de Mustang, Quarter Horse, en Ijslander. Daarnaast heeft elke Fjord dun.
Persoonlijk vind ik Dun-vachtkleuren erg leuk. Jullie ook?
Bron afbeelding + thumbnail:
Dietmar Rabich, CC BY-SA 4.0, @ wikimedia commons